![]() |
Tien vragen over uitgaan en cultuur. Deze aflevering voorgelegd aan Albert Hagenaars, redacteur bij Uitgeverij WEL, recensent bij de Nationale Bibliotheek Dienst en tevens auteur. |
|
Welke
boeken leest u het liefst? Voor zowel
m’n plezier en als m’n werk lees ik veel poëzie. Daarnaast
voornamelijk geschiedenisboeken, het liefst over andere culturen en
periodes zoals de Middeleeuwen, de Renaissance. Wat
was de laatste tentoonstelling die u bezocht? De
grote overzichtstentoonstelling van Giovanni Descoeurs in Parijs. Ik ben
er drie achtereenvolgende dagen geweest. Vooral bij z’n schilderijen
kan ik wel janken, zo aangrijpend vind ik die. Jammer dat hij dit succes
niet zelf meer mee kan maken. Gaat
u regelmatig naar de bioscoop of het theater? Ik bezoek vooral de bioscoop, toch wel een keer of drie per maand, al zou ik liever drie keer week gaan. Meestal in Antwerpen, omdat je daar een grote keuze hebt en godzijdank geen pauzes. Die zijn een belediging voor de filmmakers en het publiek. In het theater kijk ik graag naar psychologische drama’s zoals die van Het Zuidelijk Toneel. Wie
is uw favoriete acteur of actrice? Anna Magnani, omdat ze vaak een dubbele rol speelt, eentje voor het publiek en eentje voor zichzelf. Het is dan alsof ze wil zeggen: ‘Hé jongens, het is maar film, en zie mij eens dollen.’ Ik ben gek op dat soort verdiepingen. Daarnaast kijk ik met extra open ogen naar o.a. Donald Sutherland, Dirk Bogarde, Gene Hackman.
Naar
welke muziek luistert u graag? Vooral
naar moderne klassieken als Shostakovich, Rachmaninov en Ives maar op de
eerste plaats naar Mahler. Op m’n zestiende hoorde ik ‘Das Lied von
der Erde’ en dat was een schok van herkenning. Een vriend van me, Ray
Fairclough, die een wandelende muziekencyclopedie is, haalt me met
enthousiasme en het nodige geduld uit m’n analfabetisme op het gebied
van de popmuziek. Ik kan nu van John Hassell, Starfish Pool en ambient
music genieten. Ook Bebop en Cool Jazz laat ik altijd binnen in m’n
hoofd. Waar
gaat u het liefst heen op vakantie? Buiten de zomer
naar Frankrijk en in de zomer naar Indonesië. In beide landen heb ik
veel vrienden. Vakantie is voor mij op de eerste plaats je onderdompelen
in een andere cultuur. Het intrigeert me om je eigen taal en cultuur van
buitenaf te kunnen zien. Niet voor niets zijn interculturele relaties,
samen met de liefde, het belangrijkste thema in m’n boeken. Wat
vindt u de leukste stad? Dat
ligt aan de omstandigheden. In het algemeen, in ons land, Maastricht.
Voor de hoogbouw, Rotterdam. In Frankrijk Aix-en-Provence. Om te wonen
Bergen op Zoom, dat dan misschien wel een gezapig plaatsje is maar ook
de waarde van een gezellig nest heeft. Het is voor mij een ideale
uitvalsbasis. Wat
is het volgende grote plan? Samen
met de musicus Jan Walraven een cd maken van de prachtige composities
die hij bij m’n bundel ‘Linguisticum’ maakte. Verder komen er weer
een paar nieuwe boeken aan. Wat
doet u het liefst op zondag? Als ik in BoZ blijf, dan beitel ik vier grote letters uit de naam van deze dag: RUST. Als ik ergens anders ben, hul ik me ook in een brave mantel op deze dag des Heren. |
|
UITKRANT, november
1995 |
![]() |