index
 

INTERVIEW MET DE ANTWERPSE RADIO VOOR HET LITERAIRE PROGRAMMA ANAKOLOET

Interviewer: Rudy Vanschoonbeek.

(Fragment)  

RV: Geef jij ook slechte poëzie uit?

AH: Nee,uiteraard niet!

R.V: Wat is goede poëzie?

AH.: Goede poëzie is poëzie die vragen achterlaat ,die een achterland opent. Anders gezegd, als je een goede bundel poëzie gelezen heb, dan moet–ie niet vergeten worden op het moment dat je het boekje dichtdoet. Het moet nawerken en binnen dat bestek heb je natuurlijk weer duizenden mogelijkheden voor wat goede poëzie zou kunnen zijn.

RV: Hoe gebeurt de selectie? Ik kan me voorstelen,dat je na tien jaar een gevestigde naam begint te worden, dat je veel aanbiedingen krijgt,dat je ook zelf meer zicht hebt op de lijn die jouw uitgeverij wil volgen.

AH: Ja. Op dit moment krijgen we enkele honderden manuscripten per jaar toegestuurd. De selectie gaat in het begin vrij snel.Je kunt zeggen, dat 80 à 90% kaf is, althans in onze ogen, dat wordt dus onmiddellijk terzijde geschoven, maar er wordt vrij lang gediscussieerd door de leescommissie, die uit vijf personen bestaat, over wat er uitgegeven dient te worden.

RV: WEL uitgeverij zit in Bergen op Zoom, dat is vlak tegen de Belgische grens. Het is erg dankbaar om de volgende vraag te stellen over die culturele integratie. Wat zie jij als verschil tussen een Nederlandse uitgeverij en een Vlaamse, en wat verkies je ?

AH: Ik verkies zonder meer een Nederlandse uitgeverij, omdat in Nederland het aantal uitgeverijen dat zelf de uitgaven bekostigt veel groter is dan in Vlaanderen. Ik ken er amper een in Vlaanderen die niet de dichter laat opdraaien, geheel of gedeeltelijk, voor de kosten.

RV: Ja, een aantal bundels verkopen of een gedeelte van de drukkosten betalen…

AH: Nou ja, hoe je het ook formuleert, het is natuurlijk in eigen beheer uitgeven.

RV: Ja, mmmh, onder een mooie naam natuurlijk.

AH: En daarmee wil ik niet beweren, dat er geen goede poëzie uitgegeven zou kunnen worden in zo’n reeks ,allen heb ik een aantal vraagtekens, die politiek gezien, meetellen, waar ik het niet mee eens kan zijn.

RV: Dat is één verschilpunt. Zijn er nog andere verschillen op inhoudelijk of kwalitatief vlak?

AH: Het een hangt met het ander samen. Ik denk, dat in Vlaanderen slechte poëzie veel eerder uitgegeven kan worden dan in Nederland.

RV: Jullie geven nogal wat Vlamingen uit.

AH: Ja, wij willen dat in toenemende mate doen.

RV: Heb je daar een speciale bedoeling mee? Vind je dat daar een taak voor jullie ligt, die niet vervuld wordt door Vlaamse uitgeverijen?

AH: Ook dat. Ik denk dat de kreet die vaak opgeld doet in Vlaanderen, namelijk dat de Nederlanders de Vlaamse producten zouden discrimineren ,voor slechts een heel klein gedeelte opgaat, maar dat kleine gedeelte is natuurlijk al genoeg. De Vlamingen worden niet gediscriminéérd ,daar ben ik van overtuigd, tenzij in incidentele gevallen, maar de Nederlander is gewoon niet geïnteresséérd in wat Vlaanderen te bieden heeft.

RV: Op welk gebied, en waaraan ligt dat, denk je?

AH: De afstand, en het feit dat de Vlamingen dikwijls te beroerd zijn om naar manifestaties te komen die zich in Nederland afspelen.

RV: Hoe zit het met de kritiek in Nederland en Vlaanderen? Ligt daar ook een verschil?

AH: Misschien de laatste tijd niet meer. Ik denk dat de kritiek in Vlaanderen te afhankelijk is van allerlei kliekjes, die met hun gekonkel en vriendendienstjes de kritiek ondoorzichtig maken. Natuurlijk zijn er wel goede critici in Vlaanderen! Ik denk dat gezien de resultaten van enkele jongere critici de toekomst er best goed uitziet.

RV: Ik stel me voor, d’r is een literaire manifestatie in Nederland. Daar treden Nederlandse dichters en Vlaamse dichters op. Is daar een verschil?

AH: Dat ligt ook aan de presentatie van de betreffende dichters.

RV: Ik denk maar aan een fenomeen zoals Bart Chabot hè, of je hebt zo nog wel een reeks mensen die wat druk staan doen op een podium. Dat zie ik hier niet zo goed, succes hebben.

AH: Dat is hier duidelijk minder. Aan de andere kant, die mensen hebben ook niet al te veel succes in Nederland. Ze krijgen wel heel erg veel aandacht, maar als je de recensies leest van de gezaghebbende critici, dan is ’t ook allemaal maar even de kat uit de boom kijken, ofwel de betreffende performer van zijn podium.

RV: Je schrijft zelf poëzie. Ga je daarvan uit om andere poëzie te selecteren?

AH: Nee.

RV: Nee? En wie selecteert jouw bundel voor uitgeverij WEL? Hoe gaat dat in zijn werk?

AH: Dat is gebeurd door de voormalige redactie. Ik ben niet meer van plan om nog bij WEL uit te geven, omdat het te gemakkelijk is, ook dat is een vorm van eigen beheer, maar ik heb nu contact met andere uitgeverijen in Nederland, die zullen mijn werk in de toekomst uit gaan geven.


index