De eerste publicatie van 2014 is het gedicht ‘Kwarts’, dat in de
anthologie ‘De Hooglanden’ werd opgenomen.
Albert Hagenaars was in Schotland in februari 1991. Het bezoek leverde
twee gedichten op: ‘Kwarts’ dat speciaal voor ‘De Hooglanden’ werd
geschreven, en ‘Edinburgh’, dat in 2012 in de bundel ‘Bloedkrans’
verscheen.
KWARTS
Hier, op deze uitgezuurde veenvlakte,
waar clans ooit, bestreken met leem,
schreeuwend tegenover elkaar stonden
heerst nu een vlagend zwijgen.
Geen verschil meer tussen de regen
en de wind, noch tussen de jongen
vol dromen die jij in de berghut nam
en de grimmige man die je klein kreeg.
Jouw taal bloeit kortstondig als heide,
de mijne schuurt zich open aan graniet
want wat wij delen verbergt niet
wat onze voorouders met recht bevroedden:
de diepte van de lochs en de hoogte
van de heuvels worden slechts verbonden
door het in de annalen gekraste gebed
van de voorganger, bloedend als liefde.
Andere dichters die een tekst leverden voor dit boek van Demer Pers zijn
o.a.: Jana Beranová, Catharina Boer, Albert Jan van Dijk, Christina
Guirlande, Joris Iven, Marije Kos, Karel Sergen, Hannie Rouweler
(samensteller), Pieter Sierdsma, Pien Storm van Leeuwen.
Bij Edinburgh Castle met Fiona McLeay,
gastvrouw in Falkirk in 1991. |
EDINBURGH
Schotland dichtgesneeuwd, het noorden
onbegaanbaar. Ik strandde in een stad
die schuilging in een walm van bruinkool
en verleden dat in zichzelf beklijfde.
Zoeken naar een reden om te blijven,
maar niet dezelfde. Het hotel bood uitzicht
op neogotische gevels en daar, achter
zware gordijnen, nam ik een oude vrouw
waar met een gesloten album op schoot.
Ik wist dat ze niet anders verwachtte dan zo
door mij gezien te worden
want ze koos
niet voor de liefde
maar voor haar plicht
de velen thuis in het hoogland bij te staan,
te ondergaan wat haar voorgoed griefde
van de morsige contacten met passanten
in mijn kamer, met mijn geld, op mijn bevel.
Uit: Bloedkrans, uitgeverij In de Knipscheer, 2012.
|