index

LAATSTE DEEL TRIPTIEK FOTOGRAFIE EN POEZIE IN HOBOKEN





Voor de derde en laatste maal organiseerde dichter/publicist Frank De Vos, geruggesteund door het District en de Cultuurraad van Hoboken, een poëzieproject in Kasteel Sorghvliedt.

In 2012 was het thema Publicité Fanée, gebaseerd op jarenlang verzamelde en op een blog geplaatste foto’s van vergane reclameteksten. De foto’s waren van o.a. Bert Bevers, Danny Braem, Goddie Caubergh, Hartmut De Maertelaere en Ron Scherpenisse. De Vos nodigde 18 dichters uit daar poëzie bij te schrijven. De resultaten werden gepresenteerd op een expositie in het kasteel en in een boek.

Het daaropvolgende jaar was het thema Cicatrizado ofwel Gelittekend. Ditmaal tekende Hartmut De Maertelaere alleen voor de fotografie. Hij legde verweerde, vergroeide en verwonde bomen vast, waarna dichters, deels dezelfde deelnemers en deels nieuwe, daar weer teksten bij maakten.

Het thema van 2014 is Schaduw. Elk van de deelnemende dichters kreeg een foto van Hartmut De Maertelaere toebedeeld om die in woorden te vertalen. Albert Hagenaars schreef onderstaand gedicht bij foto MG_7068:


 

DE DORSVLOER

Toegezegd uur. Erf en velden
verlaten. De staldeur op een kier.
Zon tekent een scharnier als een bijl.

Gesnuif en gegrom van binnen.
Hengsels knarsen, bevestigen
van oudere wetten de duur.

Duisternis ritselt en bevangt.
Op de dorsvloer heerst
haar lang gevreesde broei.

Klamme lijven glijden genade-
loos om elkaar, verstijven
als een snuit in het kruis.

Besef van een ander weten
in de beet van het vereerde beest:
Beven. Leven.

Even.

 

De andere dichters die voor dit slotdeel een werk bijdroegen zijn: Vera Alexander Beerten (VL), Bert Bevers (NL), Marleen De Crée (VL), Guy Commerman (VL), Ann van Dessel (VL), Lebuin D’Haese (VL), Richard Foqué (VL), Maarten Embrechts (VL), Peter Holvoet-Hanssen (VL), Roel Richelieu van Londersele (VL), Hans Mellendijk (NL), Roger Nupie (VL), AnnMarie Sauer (USA), Walter Simons (VL), Bart Stouten (VL), Cecile Vanhoutte (VL) en Frank de Vos (VL) zelf.

De tentoonstelling is vanaf zondag 23 februari 2014 een maand lang te bezoeken in kasteel Sorghvliedt, Marneflaan 3 te Hoboken.





Eenmansorkest Bart Wils bracht herhaaldelijk klassieke muziek. Foto: A. Hagenaars








Achterste rij van links naar rechts: Walter Simons, Hartmut De Maertelaere, Albert Hagenaars, Lebuin D’Haese, Roel Richelieu Van Londersele, onbekend, Peter Holvoet-Hanssen, Richard Foqué, Guy Commerman, Maarten Embrechts en Vera Alexander Beerten. Middelste rij van links naar rechts: Frank De Vos, Cécile Vanhoutte, Ann Van Dessel, Marleen De Crée, Bert Bevers en Hans Mellendijk. Vooraan Annmarie Sauer en Roger Nupie. Foto: © Siti Wahyuningsih.







Frank De Vos. Foto: A. Hagenaars

EEN CITAAT VAN HET BLOG VAN FRANK DE VOS:
“Ik denk dat de tijd en de realiteit die wij beleven, niet voldoende zijn. Dat er een andere tijd is en dat het dié tijd is die we moeten zoeken. De taal die wij gebruiken is evenmin voldoende, de visie die we beleven is dat ook niet. Daarom moeten we breken met het alledaagse leven, met de alledaagse taal, de alledaagse visie”.

Deze woorden van de Argentijnse dichter, Roberto Juarroz vond ik uitermate passen bij het thema van Poëzie in Hoboken 2014. Zij beschrijven het fundament van poëzie. Het speciale cameraoog van Hartmut De Maertelaere ben ik veel dank verschuldigd. Want dankzij deze fotograaf werd het thema Schaduw geboren. In 2012 bezorgde hij me een bijzondere foto. Het was een detail van een trapleuning die zijn schaduw op een muur wierp. En zo werd deze krul een metafoor die een gedicht bevruchtte. Het werd mijn haakse fa-sleutel. Ik vroeg Hartmut naar meer, veel meer. Met een gedrevenheid hem zo eigen stelde hij een cyclus samen. En zie, deze werd de genese van metaforen die ik de deelnemende dichters kon aanbieden.




Richard Foque. Foto: A. Hagenaars


BESPREKING DOOR RICHARD FOQUÉ (fragment)
Om meerdere redenen is dit driejaarlijks project een bijzonder interessant experiment geweest. Uiteraard omwille van het interdisciplinaire karakter ervan, waarbij de fotograaf en de dichter, zich thematisch confronterend, met elkaar in dialoog gaan. Maar meer nog door de specifieke aard van de gehanteerde media en de evolutie over de drie jaar van de themata.
 
De keuze van Frank de Vos en meesterfotograaf Hartmut de Martelaere evolueerde van concreet naar abstract. ‘Met nog een geeuw op steen’ waren het oude reclamepanelen, die nog hier en daar de gevels “sieren”, die uitgangspunt vormden. Heel duidelijk aanwezige visuele beelden, die door de fotograaf haast afstandelijk, objectief contextueel werden vastgelegd. Met ‘Cicatrizado’ verschoof dat gezichtspunt. Het waren nog steeds herkenbare beelden van “gelittekende” bomen, maar de fotografische interpretatie ervan voegde reeds een extra dimensie toe. De bewuste weglating van omgeving en context, de verzelfstandiging van het beeld en daardoor de verheffing van het gegeven tot een meer universele symboliek, maar desondanks gezien door het subjectieve oog van de fotograaf, gaven meer dan in het eerste thema een meervoudige boodschap aan dichter en toeschouwer. Met ‘Schaduw’, het afsluitende luik, wordt deze lijn consequent doorgetrokken. Schaduwen kunnen alleen maar bestaan bij gratie van licht en is licht niet de materia prima van de fotograaf? Schaduwen zijn per se metamorfoserend, ontstijgen de tijd in het ogenblikkelijke en voeden verbeelding en illusie. Maar het vluchtige, efemere en voorbijgaande van een schaduw wordt hier door de camera als het ware betrapt en gegijzeld. Het momentane wordt door de fotograaf tijdloos gemaakt in al zijn dubbelzinnige gelaagdheid. Hij legt vast wat hij ziet maar wat er niet is.

Schaduw als de versmelting van licht en materie tot “verbeelding”: een abstract hersenspinsel dat door de magie van de fotografie zichtbaar wordt gemaakt, is dat uiteindelijk ook niet de ultieme bedoeling van poëzie en de betovering, die er van uitgaat. De hertaling van gevoel en waarneming, de transformatie van het concrete naar het abstracte. De werkelijkheid deconstrueren om ze vervolgens terug op te bouwen met in essentie abstracte taalstructuren. De dichter transformeert wat er is tot hoe hij/zij het beleeft. Dat is precies wat dit driejarig project en de bijhorende tentoonstellingen duidelijk heeft willen maken.
Twee diverse kunstuitingen, die de werkelijkheid zoals we denken die te kennen en waar te nemen, transformeren en zo nieuwe inzichten in en perspectieven op die werkelijkheid ontvouwen. Schaduwen worden afgeworpen terwijl het poëtisch licht nieuwe schaduwen vooruitwerpt.

Het is de verdienste van Frank de Vos om dat heel bedachtzaam te hebben uitgewerkt in drie luiken en zo samen met fotograaf Hartmut de Martelaere en de meewerkende dichters de toeschouwer elk jaar een beetje meer mee te zuigen in dat fascinerend proces van transformerende werkelijkheden, waar het concrete verschuift naar het abstracte en het objectieve plaats ruimt voor het subjectieve. De confrontatie met deze paradox is zonder meer verrijkend en doet nadenken over de realiteit zoals we die zien en beleven.
In het licht van deze bedenkingen zou het trouwens ongetwijfeld een goede zaak zijn om de drie projecten te bundelen tot één gezamenlijke uitgave en zo het totale project synthetisch vast te leggen en te duiden.

 


Hartmut De Maertelaere. Foto: AH



Collage: Marthe Van Houtte.






 


index