GENOEGDOENING

Elke vrouw een voor in verdorde akker.
De daad bij het woord, al vroeg.
Het mes op de keel, een greep
in hun strofe, elk geslacht een trofee.

De schande van de schennis,
bezworen in een taal van krassen
op het matglas om de kliniek,
met de mantel van Gods liefde bedekt.

Wantrouwende moeder, ongewassen
en gedoodverfd op de trap naar zolder.
Daar de dichter, hier haar dochter
bloedend in de klem van zijn benen.

Het kind, als te vaak gestorven
ouder, onthuld onder geen beding.
Welke dokter gebruikte zeep voor zijn
ziekte van rijm en roem. Wie ontkende


zijn talent, haar levenslang aangedaan?



Bloemlezing: 'Je tikt ertegen en het zingt'.
Demer Press, oktober 2015.