ANTWERPEN

Bontbevlagd en met de vette klanken
van haar ene taal ontvangt Antwerpen
wie haar stadsbronstig binnenrijdt.

Wanneer ik door die façade stoot,
van containers en kranen, kaaien en leien,
in een furie, geërfd van al onze vaders,

blijkt ze slechts een dorpsgebit, rottend
in een afgekloven Scheldekeel, dat om
roestende reclameplaten nog klappert.

Tegen oudere blazoenen ontlaadt ze
mijn drift, onder hoge gewelven,
krakend brokaat. In bloedend kant.

 

BLOEMLEZING ‘ANTWERPEN – DE STAD IN GEDICHTEN’
Samenstelling: Philip Hoorne. Uitgeverij 521. 2003