TWEE
MAANDEN
D.G.
Ervaring genoeg, zij wel, wat
volstond voor onvergetelijk vergeten handelingen in een autowrak.
Zij plots vermist, hij ondervraagd als een kind als dader.
Even nog leefden ze samen door.
Acht weken, weggezogen in
een verre stad, woekerden tientallen jaren voort in het hoofd
van de man die steeds scherper moest toezien hoe het door rubber
handen
achteloos, beetje bij beetje,
op aluminium werd
gedeponeerd, in plastic gewikkeld, met soortgelijk afval
afgevoerd en verbrand.
DE ZIJDEROUTE
L.M.
Je ogen zogen zich blauw, zagen onder deze zoveelste
laatste man de ondoorgrondelijke luchten van Kazachstan, een
adelaar,
drijvend op hoogst mogelijk bereik.
Je vouwde de
kaart open, streek scheuren glad, verruilde steppen voor polders,
liefdes voor liefde.
Hij bleef hetzelfde antwoord schuldig.
Zijde ontrolde over een pad van gruis. Stoppels staken in de
huid, stof stoof op.
Verblind voelde hij alleen je monden op
mijn mond, borst en buik vernappen
in de kale kamer met dat ene
bonte kleed, meegebracht in een karavaan
van meisjesdromen.
OP DE VLUCHT
T.T.
Met bijna
al de anderen gered uit de Vietnamese zee, alle reden nog meer te
verzinnen
voor de man aan wie je op een dijk eindelijk toegaf;
weerstand van handen op vingers op borsten, tastend tussen oost en
west en west.
De overval als enig houvast.
Ze namen alles
behalve het lege leven dat op stinkende netten achterbleef.
Vergeefs geduld.
Zijn taal drong in jouw hogere en lagere
tonen toen je vruchteloos
probeerde. Hij liet los. Geen groter
verlies. Te laat
werden ze vol en hard. Te hard.
DE STEIGER
A.N.
Aan dat ondeelbare
moment, op die plankier op het meer, mocht geen verlangen vooraf
gaan,
geen nabij verleden, geen wachtende vrouw thuis met
kleerscheuren.
Het tropisch zuigen van nacht en water, het
gonzen, het jagend roepen, alles viel weg behalve ongeloof in
gedeelde zucht.
We werden lippen, één woelend bijtende mond
die spijt verspleet.
Wat nog niet plaatsvond gebeurde weer.
Toeval, verondersteld en aanvaard, bleek een razend kloppend lot.
Terug. Jaren verloren, tijd gewonnen. Over molm en drab liep ik
het licht
in en steeg. En keerde. En volbracht.
Literair
E-zine De Schaal van Digther 15, 16, 17 en 18 augustus 2020 (één
gedicht per dag)
http://digther.blogspot.com/2020/08/twee-maanden-albert-hagenaars.html
|