OUDE
PEKELA
Ter
nagedachtenis van Jan Kostwinder
Het
dorp voldeed aan onze vooroordelen:
omgeven door asgrauwe akkers verborg het
zich in kou en achterdocht en harde heggen.
Je had geen vraag teveel gesteld. Toch
duurde
het nog lang voor we je vaders
graf vonden, verscholen onder het pakijs
van je stugste gedichten. Je ging door de knieën
en schraapte ongeduldig laag voor laag
weg.
Het werd warmer, woorden smolten
op het ver vergane deksel en zijn gezicht
groeide aan, kreeg kleur, opende ons
de ogen. Hij bezwoer dat er geen reden
meer
was om te dichten, niet over onbestaande
vaders en niet over de barakken van de liefde.
Jan, jongen, waar je nu ook bent: wat brak je
mooi toen je samenviel met je verbeelding.
BLOEMLEZING:
‘UIT HET NOORDEN WAAIT DE MUZE AAN’.
Uitgeverij
Passage; Samenstelling Hannie Rouweler;2008; ISBN: 97890 5452 1860.
|