DE
RODE WEG
De ochtendgeur van de lente kleurt de lucht boven de
Rode Weg.
Zoon, sluit je ogen.
Slik deze bittere vlinder
in, laat zijn vleugels zich in jouw keel ontvouwen (als wij onszelf
vastsnoeren)
Moeder, vader, op wolkenhoogte, de wolken vormen
kruisen in de lucht.
Zoon, kom. God zal ons grijpen.
Het
vorstbevingerde gras zal schreien om alleen al onze gebroken botten
(de meubelstukken van onze ziel),
want wij bewonen de lucht.
Uit: Contemporary Literary Horizon no. 35, jrg. 6 no. 3, mei-juni 2013.
Eerder verschenen in de bundel ‘Vintage Sea’, Calder Wood Press, 2011.
|