*
Il y a des sjardins qui n’ont plus de pays Et qui sont seuls avec l’eau Des colombes les traversent bleues et sans nids
Mais la lune est un cristal de bonheur Et l’enfant se souvient d’un grand désordre clair
Uit: Les poésies
Er zijn tuinen die geen land meer hebben En die alleen zijn met het water Duiven vliegen er doorheen blauw en zonder nest
Maar de maan is een kristal van geluk En het kind herinnert zich een grote heldere verwarring